Sorry allemaal dat onze hand-out op deze manier op de blog staat maar ik kreeg m niet op een andere manier ge-upload dus dan maar zo!
Biografie 1
Gerard Kiljan (Hoorn, 1891 – Leidschendam, 1968) was een Nederlandse grafisch vormgever. Na een gedegen opleiding aan de Kunstnijverheidsschool Quellinus Amsterdam, werd hij leerling-lithograaf bij de lithografische drukkerij Faddegon in Amsterdam. Hij volgde lessen aan de Rijksacadenie voor Beeldende Kunsten ook in Amsterdam en bereikte middelbare akten voor hand- en decoratief tekenen in 1914 en 1916. In 1918 werd hij leraar decoratief-tekenen aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag, daarna kwam in 1919 de benoeming als leraar aan de avondcursus: onderwijs aan decoratief en kunstnijveren bij de Rotterdamse Academie. Vanaf 1926 ging Kiljan ook reclame-opdrachten uitvoeren; onder andere voor de bedrijven R.S. Stokvis en Junker en Ruh met zijn later zo bekende ontwerpen waarbij de schreefloze letters centraal stonden.
In Rotterdam had hij intussen kennis gemaakt met zijn vakgenoten Piet Zwart en Paul Schuitema die bezig waren ook de foto een belangrijke rol in de reclame te laten spelen, hetgeen Kiljan ook al in zijn ontwerpen was gaan toepassen.
Hij was niet zo productief als zijn hier genoemde collega’s, omdat zijn aandacht meer naar het onderwijs uitging.
Biografie 2
De ontwerper Gerard Kiljan (1891-1968) beoefende niet alleen het grafische vak, maar was ook een uitstekende fotograaf en tekenaar. Na de afronding van zijn opleiding doceert hij aan de kunstacademies van Rotterdam en Den Haag.
In 1930 richt Kiljan aan de Koninklijke Academie in Den Haag de afdeling Reclame op. Dit was de eerste opleiding in Nederland waar leerlingen werden geschoold tot grafisch vormgever. De functionalistische Bauhaus-typografie en -fotografie speelt een centrale rol in de nieuwe opleiding. Kiljan wordt samen met Paul Schuitema en Piet Zwart gezien als de pioniers van de Nieuwe typografie in Nederland.
De postzegels
De Centrale Propaganda Commissie voor de weldadigheidszegels richt zich in 1931 tot de PTT om het uiterlijk van de kinderzegels van dat jaar te bespreken. De commissie besluit het roer om te gooien door gefotografeerde in plaats van geschilderde zegels uit te geven. Ook de keuze voor het onderwerp was vernieuwend: foto's van tehuizen waarin 'misdeelde' - dove, blinde, verwaarloosde en geestelijk gehandicapte - kinderen wonen. Algemeen secretaris Jean François van Royen benaderd Gerard Kiljan voor deze opdracht.Te realistisch
Toen Kiljan de reeks van vier zegels presenteerde, bleek er een misverstand te zijn ontstaan. Kiljan had niet de gebouwen waarin deze misdeelde kinderen wonen gefotografeerd maar de kinderen zelf.
De postzegels kregen veel kritiek. Het publiek was van mening dat de onderwerpen te realistisch waren weergegeven. Ook de Nederlandsche Bond tot Kinderbescherming was hoogst ongelukkig met de zegels, waarop de kinderen duidelijk te herkennen waren. Kiljan verdedigt zich door te stellen dat de fotografie als nieuwe kunstvorm dichter bij het moderne leven staat. Kiljan krijgt hierin gelijk, want zijn zegels blijken uiteindelijk succesvol.
De netto opbrengst van de kinderzegels van dat jaar bedraagt 135.820,56 gulden. Hiervan ging 2 procent naar het Kinderfonds PTT en de rest wordt verdeeld door de Nederlandsche Bond tot Kinderbescherming.
Invloed op de ontwikkeling het grafisch ontwerpen
De gestileerde en illustratieve versieringen op het drukwerk van de PTT gaan tegen het eind van de jaren twintig voor een korte periode over in een meer zakelijke vormgeving. De zakelijkheid in de architectuur en het 'spirituele' constructivisme in de beeldende kunst (De Stijl) werden door Van Royen rond 1930 bij de PTT ingevoerd. Een van de vertegenwoordigers van deze nieuwe richting is de typograaf en architect Piet Zwart, wiens werk de invloed van de Russische avant-garde toont. De Nieuwe typografie wijkt sterk af van wat in Nederland als gedegen en verantwoord geldt. De bladspiegel vormt het speelveld voor lijnen, drukvormen, letters en foto's. Op deze manier krijgt de compositie van deze elementen een dynamische en bewegelijke uitstraling met onverwachte effecten. Als een van de vertegenwoordigers van deze richting wil Piet Zwart in zijn ontwerpen alle beschikbare technieken van zijn tijd gebruiken, waaronder fotografie. Zwart en andere gelijkgestemde ontwerpers als Gerard Kiljan en Paul Schuitema krijgen opdrachten voor het maken van postzegels die in 1931 en 1932 verschijnen. Voor het eerst in de geschiedenis van de postzegel wordt fotografie toegepast in het ontwerp. Gaandeweg keert Van Royen terug naar zijn eigen klassieke smaak en krijgen de zegels na 1932 weer een illustratief en abmbachtelijk-serieus karakter. Zo zien we op de postzegels afbeeldingen van kinderen met bloemen of sterren, Oranje-portretten of belangrijke Nederlanders. De graveur van drukkerij Enschede is in feite de kunstenaar, bijgestaan door een typograaf, meestal Jan van Krimpen. Zwart wordt in deze jaren ook wat zwieriger en vrijer in zijn vormgeving. In opdracht van PTT stelt Zwart in 1939 een boekje samen voor de hoogste klas van de lagere school waarin hij zich uitleeft met typografie, illustraties en fotografie.
Algemeen stukje
Met het werk van Gerard Kiljan (1891-1968), de ontwerper van het toestel (telefoon), en diens tijdgenoot Paul Schuitema (1897-1973) zijn in het Haags Gemeentemuseum een viertal zalen ingericht. Beiden worden, samen met Piet Zwart, sinds jaar en dag aangeduid als de pioniers van de Nieuwe Typografie in Nederland; als de ontwerpers die het stof veegden van het vaderlandse kunstnijverheidsonderwijs dat tot ver in de jaren twintig producten afleverde die, zoals Piet Zwart het omschreef, 'behept zijn met een benevelende ''moderne'' opzettelijkheid'. Voorwerpen werden niet ontworpen om te worden gebruikt, maar waren slechts bedoeld als statusverhogende decoratie, laat staan dat men dacht aan enige vorm van industriële produktie.
In de typografie vierde de ornamentiek eveneens hoogtij; het leidde veelal tot artistiek bedoelde hoogstandjes waarbij de leesbaarheid nogal eens in de verdrukking raakte. Als Gerard Kiljan in 1930 aan de Haagse Academie van Beeldende Kunsten een opleiding 'Reclame' start, komt daarmee de eerste opleiding tot grafisch vormgever van de grond, door de directie van de academie toegejuicht maar door andere disciplines met grote argwaan gevolgd. In de nieuwe studierichting staat de fotografie centraal, en al gauw zorgt Kiljan dat Schuitema, die al veelvuldig experimenteerde met fotografie, aan het docentencorps wordt toegevoegd.
Tientallen jaren bleef Kiljan werkzaam in het onderwijs en dat vormde een beperking voor zijn ontwerpactiviteiten. De expositie toont reclamedrukwerk voor de PTT en voor bedrijven als Junker & Ruh (gasfornuizen) en de handelsmaatschappij Stokvis. Geen spoor van franjes en tierelantijnen, zakelijkheid is het strikte adagium van de ontwerper die uitgaat van de functionalistische Bauhaus-typografie: schreefloze letters, asymmetrische opbouw, een opvallend contrast tussen verticale en horizontale elementen en met rood als dikwijls toegevoegde kleur.
Doelmatigheid is ook het uitgangspunt als Kiljan in de jaren vijftig, naast het telefoontoestel, een bestek ontwerpt en de diverse flesjes plus etiketten voor een frisdrank waar een hele generatie mee opgroeide: Joy-limonade.
No comments:
Post a Comment